The Future’s Not in Plastics

Waarom de vraag naar kunststoffen de olie- en gassector niet zal redden…

De olie- en gasindustrie zet in op de onzekere toekomst van plastic, terwijl de wereld het gevecht aangaat met plastic-afval. 400 miljard dollar aan geplande petrochemie-investeringen riskeren in rook op te gaan omwille van een spelletje blufpoker gespeeld door de ‘Big Oil’ giganten van weleer, die stellen dat plastics de komende jaren de grootste drijfveer wordt achter de groeiende vraag naar olie.

Nu de wereld plastic afval begint aan te pakken en regeringen handelen om de klimaatdoelstellingen te halen lijkt de sector zichzelf een rad voor ogen te draaien. Deze houding riskeert de oorzaak te worden van maar liefst 400 miljard dollar aan ‘gestrande’ petrochemische investeringen, waardoor de kans toeneemt dat de sector de neerwaartse trend van de laatste jaren, met de Covid-crisis als finale genadeslag, nooit meer volledig te boven komt en de piek in de vraag naar olie reeds ver achter ons ligt, stelt een nieuw rapport van Carbon Tracker, gebaseerd op een recent rapport "Breaking the Plastic Wave”

/
/

Grote oliemaatschappijen, waaronder Saudi Aramco en Shell, zijn van plan om de komende vijf jaar ongeveer 340 miljard euro te investeren in het stimuleren van de vraag naar meer plastic, ter compensatie van de impact van elektrische voertuigen en duurzame energie op de vraag naar olie. Maar nieuwe cijfers wijzen erop dat deze investeringen kunnen stranden op de plannen van veel regeringen om te bezuinigen op plastic voor eenmalig gebruik en meer te recyclen als remedie tegen de wereldwijde plaag van plastic in onze oceanen en overheden die hard op zoek zijn naar reductie van hun zware CO2-voetafdruk. Uit de studie blijkt onder meer dat de toenemende wereldwijde druk om het gebruik van plastic te beperken, de groei van de vraag naar nieuwe kunststoffen aanzienlijk zal doen dalen (van 4% per jaar tot minder dan 1%).

Uit IPSOS-peilingen die in 2019 in 28 landen werden uitgevoerd, bleek dat 70-80% van de ondervraagden concrete acties vraagt om het afvalprobleem aan te pakken, inclusief een verbod op het gebruik van wegwerpplastics en het dwingen van fabrikanten om te investeren in onderzoek naar nieuwe recyclingtechnieken.

De petrochemie wordt nu al geconfronteerd met record-lage plastic grondstofprijzen als gevolg van een enorme overcapaciteit. En toch is de sector van plan om de productie van nieuw plastic met een kwart uit te breiden in de komende 5 jaar, waardoor enorme verliezen voor investeerders verwacht worden.

De plasticindustrie is een opgeblazen kolos, rijp om uit elkaar te spatten.

Plastic legt de samenleving een externe kostprijs op van minstens 1.000 dollar per ton, of 350 miljard dollar per jaar, door de uitstoot van CO2, methaan en andere schadelijke gassen, de gezondheidskosten veroorzaakt door kankerverwekkende en hormoonverstorende stoffen, de inzamelkosten van zwerfvuil en de alarmerende groei van plasticvervuiling in de oceanen.

Er zijn 8 sectoren die een aanzienlijke gevolgen kunnen ondervinden bij het uiteenspatten van de ‘plastic-bubble’, waarvan de petrochemische sector het meest blootgesteld is aan dit risico. In totaal gaat het over kapitaalinvesteringen ten bedrage van 6.000 miljard dollar (!) die op het spel staan en de wereld zullen opzadelen met een massa fonkelnieuwe, doch compleet nutteloze en onbruikbaar geworden productiefaciliteiten.

Weldra ook spookfabrieken van INEOS in de Antwerpse Haven?

Toch krijgt de sector meer subsidies en staatssteun dan het betaalt aan belastingen en tot voor kort waren er slechts heel weinig beperkingen op de productie en het gebruik van plastic. De cijfers liegen er niet om: nog steeds is 36% van de totale plasticproductie bestemd voor éénmalig gebruik, 40% belandt uiteindelijk in het milieu en minder dan 10% wordt daadwerkelijk gerecycled. Het onlangs gepubliceerd rapport, “Breaking the Plastic Wave” stelt oplossingen voor die ons in staat stellen om tegen 2040 alle nuttige toepassingen van plastic te vervangen voor amper de helft van de kapitaalkosten, inclusief de halvering van de totale productie van nieuw plastic, met 25% minder uitstoot van broeikasgassen en toch 700.000 meer banen ten opzichte van ‘de huidige ‘business as usual’.

"Er zijn enorme voordelen verbonden aan de transitie van het huidige lineaire systeem naar een meer circulair model. Je kunt alle functionaliteiten van kunststof behouden, echter tegen de helft van de kostprijs, met slechts de helft van de hoeveelheid grondstoffen, maar wel 700.000 extra banen en 80% minder plasticvervuiling", zegt Yoni Shiran, hoofdauteur van Breaking the Plastic Wave.

Men merkt op dat de technologische oplossingen beschikbaar zijn om het gebruik van plastic massaal te verminderen tegen lagere kosten dan ’business as usual’. Oplossingen zijn onder andere hergebruik, een beter design en een strengere regulering van het product, vervanging door bv. papier of plantaardige vezels, en een substantiële toename van recycling.

De bouw van een nieuwe ethaankraker en propaandehydrogenatiefabriek door INEOS in de Antwerpse haven voor de productie van ethyleen en propyleen, de basisgrondstoffen voor quasi alle plastic materialen past totaal niet in dit streven naar een duurzame en leefbare wereld, aangezien dergelijke installaties toch minimum verondersteld worden mee te gaan voor een periode van minimum 20, tot zelfs 40 jaar! Men dient geen helderziende te zijn om te weten dat de compleet achterhaalde visie en de beslissingen van de lokale en Vlaamse autoriteiten om Ineos een vergunning te verlenen voor de bouw van dergelijk project - bovendien mogelijk gemaakt met geld van de Vlaamse belastingbetalers - eerder vroeg dan laat zullen worden herroepen of ingehaald door het steeds strikter wordend klimaat- en milieubeleid van de EU.

/

Beleidsmakers in Europa en China nemen al maatregelen om plastic afval te beperken en hebben een breed scala aan hulpmiddelen die ze kunnen gebruiken, van regelgeving en verbodsbepalingen tot belastingen, doelstellingen en recycling-infrastructuur. De EU heeft bijvoorbeeld in juli 2020 een belasting van 800 euro per ton voorgesteld op niet-gerecycleerd plastic afval, terwijl China vergelijkbare regelgevingsdoelstellingen heeft en is begonnen met het verbieden van bepaalde soorten plastic. In China werd de eerste grote stap gezet in 2018, toen het land zijn industrie voor de invoer en verwerking van plastic afval - de grootste ter wereld - grotendeels sloot, waardoor exporteurs gedwongen werden om het afvalprobleem in eigen land op te lossen. Ook omdat andere landen zoals Thailand, Maleisië, Vietnam, India, de Filipijnen en Indonesië hun grenzen sloten voor niet-recycleerbaar plastic afval. Het resultaat is dat steeds meer plastic afval verbrand wordt of terecht komt op stortplaatsen. Een kleine voetnoot: zoals vermeld in de tabel hiernaast stond België in 2018 procentsgewijs op de 6e plaats van grootste uitvoerders wereldwijd van niet-recycleerbaar plastic afval!

Het rapport stelt vast dat de vraag naar plastic in de ontwikkelde markten stagneert en dat er ook een sprong voorwaarts wordt gemaakt in de goede richting in de opkomende markten. Net zoals in de ontwikkelde markten stagneert de OESO-vraag naar plastic op hetzelfde moment dat de opkomende marktleiders op zoek gaan naar alternatieve oplossingen voor plastic.

Een ander kritisch element dat het rooskleurige beeld van de petrochemie en plastic-industrie dat door de gevestigde exploitanten wordt geschetst zal afzwakken, zijn de effecten van de wereldwijde beleidsmaatregelen om de klimaatverandering aan te pakken. Koolstofdioxide wordt in elke fase van de plastic-waardeketen geproduceerd - ook als het wordt verbrand, begraven of gerecycled - en niet alleen bij de winning van de grondstoffen voor plastic (zoals dus ook schaliegas of -olie) en de productie van het plastic zelf. Uit de analyse blijkt dan ook dat plastic over het algemeen ongeveer twee keer zoveel CO2 uitstoot als de klassieke productie van een ton olie om te gebruiken als brandstof.

Als men uitgaat van een jaarlijkse vraag naar plastic van 350 miljoen ton met een totale CO2-uitstoot van ongeveer 5 ton CO2 per ton plastic, dan betekent dat 1,75 giga-ton CO2 per jaar. Bij voortzetting van de huidige groeisnelheden zou de CO2-voetafdruk van kunststoffen tegen het midden van de eeuw verdubbeld zijn tot ongeveer 3,5 Gt per jaar. Ter vergelijking: in 2018 bedroeg de CO2-voetafdruk van de totale energiesector 33 Gt. En toch impliceren de Akkoorden van Parijs dat de wereldwijde CO2-uitstoot tegen 2030 moet worden gehalveerd en tegen het midden van de eeuw tot nul moet worden teruggebracht.

"Het is gewoonweg een waanidee van de plastic-industrie om zich voor te stellen dat zij haar CO2-uitstoot kan verdubbelen op hetzelfde moment dat de rest van de wereld probeert deze tot nul te reduceren" zegt Kingsmill Bond, CFA - Energiestrateeg voor Carbon Tracker.

Het ‘Carbon Tracker Initiative’ is een financiële denktank zonder winstoogmerk die een klimaatveilige, wereldwijde energiemarkt wil bevorderen door de kapitaalmarkten af te stemmen op de klimaatrealiteit. Hun onderzoek naar CO2-bubble en de gestrande activa heeft een nieuw debat op gang gebracht over de manier waarop het financiële systeem kan worden afgestemd op de energietransitie naar een koolstofarme toekomst. www.carbontracker.org

Een groot deel van de gedetailleerde analyse in het rapport van Carbon Tracker is afkomstig uit een recent gepubliceerd rudimentair onderzoeksrapport, opgesteld door SYSTEMIQ en The Pew Charitable Trusts, in samenwerking met de Universiteit van Oxford, de Universiteit van Leeds, de Ellen MacArthur Foundation en Common Seas, genaamd “Breaking the Plastic Wave”, uitgebracht in juli 2020. “Breaking the Plastic Wave” richt zich op het verminderen van de schadelijke impact van plastic op het milieu, met inachtneming van de route uitgestippeld in de Parijs-akkoorden en meer algemeen de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling van de Verenigde Naties. De nadruk ligt dan ook op de gebieden die het meest plastic ‘lekkage’ (zullen) veroorzaken, met zo’n twee derde van de totale vraag naar plastic. De analyse in dit verslag is gebaseerd op de totale systeemimplicaties van veranderingen in de kunststofsector, met de nadruk op de vraag naar olie als primaire grondstof en de verdere petrochemische productieketen van plastic.